Met onderstaande oefening kun je oefenen met het onregelmatige werkwoord vouloir. Vul de goede vormen van het werkwoord vouloir in.
wij willen
men wil; wij willen
jij wilt
jullie willen; u wilt
ik wil
zij willen (mannelijk)
zij willen (vrouwelijk)
zij wil
hij wil