Welkom op de pagina Wijzer door natuur en techniek groep 8: Samenvatting 3!

Thema: Nieuw leven (gericht op natuur)

Je vindt hier filmpjes, plaatjes en extra informatie over het thema nieuw leven per les en een oefentoets (+ antwoorden) over alle vier de lessen (de vragen zijn wel opgedeeld per les).

FILMPJES, PLAATJES & EXTRA INFORMATIE:

Les 1: Dieren planten zich voort

• De filmpjes/extra informatie komt later.

Les 2: Hoera, het is een meisje!

• De filmpjes/extra informatie komt later.

Les 3: Ook planten krijgen kinderen

• De filmpjes/extra informatie komt later.

Les 4: Op wie lijk jij?

• De filmpjes/extra informatie komt later.

Oefentoets

Schrijf de antwoorden op de vragen bij voorkeur op een blaadje (of onthoud ze). Controleer daarna of je het goed hebt, onderaan deze pagina.

Les 1: Dieren planten zich voort

VRAAG 1: Vul de woorden in het verhaal in. Kies uit: zaadcellen - eitjes - voortplanting

"Als dieren met elkaar paren, krijgen ze jongen. We noemen dat .... Een mannetje heeft ... en een vrouwtje ...."

VRAAG 2: Waarin groeit bij zoogdieren het jong?

Les 2: Hoera, het is een meisje!

VRAAG 3: Hoe wordt een baby in het begin genoemd?

VRAAG 4: Wat is een placenta?

Les 3: Ook planten krijgen kinderen

VRAAG 5: Vul de woorden in het verhaal in. Kies uit: stuifmeel - bloemen - stamper - meeldraden

"Bij planten zitten de voortplantingsorganen in de .... Onder in de ... zitten de eitjes. Rond de stamper staan .... Die maken .... Dit zijn zaadcellen."

VRAAG 6: Waarmee lokken bloemen insecten?

Les 4: Op wie lijk jij?

VRAAG 7: Hoe worden genen samen genoemd?

VRAAG 8: Hoe jij bent heeft niet alleen te maken met erfelijkheid. Met welke twee dingen heeft dit nog meer te maken?

De bovenstaande vragen zijn bedoeld ter controle, dus om te kijken of je het al (goed) kent. Dit is geen garantie voor een goed cijfer, aangezien wij niet al het lesmateriaal tot onze beschikking hebben en er moeilijkere vragen gesteld kunnen worden. Wij hebben geen beschikking over de toetsen van de methode, dus als vragen overeen komen met de echte toets berust dit op toeval.

Antwoorden van de oefentoets:

Les 1: Dieren planten zich voort

VRAAG 1: Vul de woorden in het verhaal in. Kies uit: zaadcellen - eitjes - voortplanting

"Als dieren met elkaar paren, krijgen ze jongen. We noemen dat .... Een mannetje heeft ... en een vrouwtje ...."

De goede woorden zijn: voortplanting - zaadcellen - eitjes

VRAAG 2: Waarin groeit bij zoogdieren het jong?

Bij zoogdieren groeit het jong in de baarmoeder.

Les 2: Hoera, het is een meisje!

VRAAG 3: Hoe wordt een baby in het begin genoemd?

In het begin wordt een baby een embryo genoemd.

VRAAG 4: Wat is een placenta?

Een baby krijgt vanuit de placenta zuurstof en voedsel van de moeder.

Les 3: Ook planten krijgen kinderen

VRAAG 5: Vul de woorden in het verhaal in. Kies uit: stuifmeel - bloemen - stamper - meeldraden

"Bij planten zitten de voortplantingsorganen in de .... Onder in de ... zitten de eitjes. Rond de stamper staan .... Die maken .... Dit zijn zaadcellen."

De goede woorden zijn: bloemen - stamper - meeldraden - stuifmeel

VRAAG 6: Waarmee lokken bloemen insecten?

Bloemen lokken insecten met nectar.

Les 4: Op wie lijk jij?

VRAAG 7: Hoe worden genen samen genoemd?

Samen worden de genen DNA genoemd.

VRAAG 8: Hoe jij bent heeft niet alleen te maken met erfelijkheid. Met welke twee dingen heeft dit nog meer te maken?

 Ook opvoeding en omgeving spelen een belangrijke rol in wie je bent.