Welkom op de pagina over verkleinwoorden!
Bovenaan deze pagina staat een uitleg over het gebruik van verkleinwoorden. Daaronder vind je oefeningen met verkleinwoorden. We raden je aan om eerst de uitleg door te lezen en daarna te gaan oefenen. Als je het al snapt kun je ook direct gaan oefenen.
UITLEG:
- Veel verkleinwoorden zijn makkelijk te maken. Vaak komt er -je, -tje of -etje achter het woord. Soms komt er een extra medeklinker bij in de verkleinvorm (bijvoorbeeld bal wordt balletje). Voorbeelden:
- bank - bankje
- stoel - stoeltje
- fiets - fietsje
- boot - bootje
- bal - balletje
- kar - karretje
- Woorden die eindigen op -ing krijgen -inkje of -ingetje er achter. Voorbeelden:
- koning - koninkje
- tekening - tekeningetje
- Woorden die eindigen op een -m krijgen meestal -pje er achter. Voorbeeld:
- riem - riempje
- Woorden die eindigen op een a, é, o of u krijgen een extra klinker in de verkleinvorm. Woorden die eindigen op een i krijgen ie in de verkleinvorm. Voorbeelden:
- auto - autootje
- café - cafeetje
- taxi - taxietje
- Woorden die eindigen op een y, woorden die een afkorting zijn of woorden die cijfers bevatten krijgen in de verkleinvorm een apostrof. Voorbeelden:
- baby - baby'tje
- sms - sms'je
- A4 - A4'tje
De volgende verkleinwoorden moet je onthouden:
- jongen wordt jongetje
- machine wordt machientje
- aspirine wordt aspirientje
- karbonade wordt karbonaadje
OEFENINGEN:
De makkelijkste oefeningen staan bovenaan. De moeilijkste oefeningen staan onderaan. Bij elke oefening staat voor welke groep deze bedoeld is.
- Verkleinwoorden op -je (vooral bedoeld voor groep 6 en groep 7)
Vul de goede verkleinwoorden in. Alle verkleinwoorden eindigen op -je. Het lijkt een makkelijke oefening, maar er zitten een paar instinkers tussen aan het eind.
Uitleg: Vul alle verkleinwoorden in en klik aan het eind op [controleer].
- Verkleinwoorden 1 (vooral bedoeld voor groep 6, groep 7 en groep 8)
- Verkleinwoorden 2 (vooral bedoeld voor groep 6, groep 7 en groep 8)
- Verkleinwoorden 3 (vooral bedoeld voor groep 6, groep 7 en groep 8)
Vul telkens het goede verkleinwoord in.
Uitleg: Klik op de stippellijn achter de twee woorden en vul daar het goede verkleinwoord in. Als je klaar bent klik je op [nakijken].
- Weet jij het goede verkleinwoord? (vooral bedoeld voor groep 6, groep 7 en groep 8)
Typ de goede verkleinwoorden in.
Uitleg: Vul het verkleinwoord in van het woord dat voor de zin staat. Als je klaar bent klik je op [controleer].
- Verkleinwoorden intypen (vooral bedoeld voor groep 6, groep 7 en groep 8)
Typ de goede verkleinwoorden in.
Uitleg: Typ het goede verkleinwoord in en klik daarna op [nakijken]. Met de knop [=>] ga je verder naar de volgende vraag.
- Vul de juiste verkleinwoorden in (vooral bedoeld voor groep 6, groep 7 en groep 8)
Vul de juiste verkleinwoorden in.
Uitleg: Vul de juiste verkleinwoorden in en klik aan het eind op [controleer antwoord].
Vragen, tips en opmerkingen horen we graag! Neem contact met ons op of laat hieronder een reactie achter.